De raad heeft in december 2018 unaniem ingestemd met de beleidsnota. In deze nota wordt beschreven hoe de huisvesting van arbeidsmigranten het beste kan plaatsvinden. Het beleid is gevarieerd en schept mogelijkheden voor kleinschalige huisvesting in de wijken en grotere huisvesting bij agrarische bedrijven en op bedrijventerreinen. Grootschalige huisvesting moet voldoen aan de SNF normering (Stg. Normering Flexwonen) om excessen te voorkomen. Het beheer, en toezicht op overlast, is in de nieuwe beleidsnota een verantwoordelijkheid van de initiatiefnemer. In tegenstelling (voorbeeld de kazerne) tot voorheen zou dit nu moeten leiden tot een beter beheer. En wat ons betreft moet het beheer, incl. parkeerbeheer, goed geregeld zijn. De BOB snapt de zorgen omtrent het handhaven, of eerder het te laat, of niet handhaven.

De BOB is daarom voorstander van het sluiten van een convenant tussen gemeente, initiatiefnemers, werkgevers en omwonenden en ondernemers. Waarin de handhaving aan de voorkant wordt beschreven: de rol en de samenwerking tussen de beheerder, werkgevers, initiatiefnemer en gemeente bij overlast. Repressief: een bereikbare meldlijn voor omwonenden, vast contactpersoon bij gemeente en politie, accurate opvolging en camerabeveiliging. Dat kan de zorgen die er nu terecht leven wegnemen.

Het besluit om maximaal drie initiatieven toe te laten voor grootschalige huisvesting van arbeidsmigranten op bedrijventerreinen heeft een aantal redenen. Een daarvan is voor de BOB van belang en ik neem aan ook voor de overige wijkraden; dat het niet wenselijk is als álle arbeidsmigranten die tijdelijk verblijven in Weert gehuisvest worden in reguliere woningen. De druk op de woningmarkt is al enorm hoog. Bovendien is het voor de leefbaarheid van de wijken onwenselijk wanneer er veel mensen tijdelijk (ongecontroleerd) verblijven in een wijk.
Door te kiezen voor grootschalige huisvesting kan er beter beheer plaatsvinden. Bij kleinere aantallen is het onmogelijk om dit op een rendabele manier te organiseren, maar welke locatie je ook kiest het roept altijd weerstand op.

Het is ook niet zo gek dat omwonenden zich zorgen maken over de huisvesting van arbeidsmigranten in hun buurt. De ervaringen rondom de Kazerne zijn ronduit slecht geweest. De BOB is dan ook van mening dat de omwonenden vooraf moeten meepraten over de inhoud van de vergunning en het beperken van de mogelijke gevolgen daarvan. De voorwaarden in het convenant moet worden nageleefd. Communicatie, informatie en een goede handhaving is en blijft daarom essentieel.

Wijk –en dorpsraden moeten afdwingen de twee initiatieven te onderzoeken, alvorens een goede evaluatie plaats zal vinden. (Overigens heffen de twee initiatieven ook de verpaupering van de leegstaande panden op). De gemeenteraad kan dan bekijken of het noodzakelijk is om het beleid aan te passen. En voorlopig nieuwe initiatieven in de wacht zetten.

Dat de WDR teleurgesteld zijn in de wijze waarop de gemeente communiceert en ons op een ander moment weer (keuze menu) uitnodigt herkent de BOB, en niet alleen op dit dossier. WDR’s moeten gevraagd en ongevraagd hun mening kunnen geven. Maar ook particuliere (arbeids- en huisvestingsbemiddelaars) hebben het recht initiatieven te ontplooien, en deze te laten toetsen. Uiteraard binnen door de raad vastgestelde kaders en in goed overleg met omwonenden. Met alleen néé te zeggen doen we geen recht aan een maatschappelijk ontwikkeling: de noodzaak arbeidsmigranten nodig te hebben.

Leon Bouwels
Voorzitter BOB